Prediking aan geesten en doden?

Vraag:

1 Petrus 3: 19 Christus werd levend gemaakt naar de geest en predikte toen aan de geesten in de gevangenis. 
1 Petrus 4: 6 Aan doden is het evangelie gebracht

Hebben de beide tekstgedeelten met elkaar te maken? Wie zijn deze doden/geesten en wanneer werd aan hen gepredikt?

Hier het antwoord op de vraag n.a.v. 1 Petrus 3:19.

Deze tekst bedoelt niet te zeggen, dat Christus na zijn sterven aan de bedoelde gestorven mensen het evangelie heeft gepredikt. De zin is, dat Hij niet in een lichaam als wij nog steeds hebben, is opgestaan, maar met een geestelijk lichaam. Wij zullen dat te zijner tijd ook ontvangen. Welnu, door Noach predikte Christus indertijd aan de ongehoorzamen, die verdronken zijn. Die prediking vond niet na hun dood, maar voor hun sterven plaats. Christus predikte hun "in de Geest", want Hij kwam niet lichamelijk als een mens tot hen.

Met hoofstuk 4: 6 heeft dit gedeelte niets te doen. In dat vers wordt evenmin gezegd, dat aan de doden het evangelie gepredikt is na hun dood. Het is hun gepredikt tijdens hun leven, maar toen Petrus over hen schreef, waren zij gestorvenen. Wat Petrus noemt "het oordeel naar de mens in het vlees" is het feit, dat we als christenen nog sterven en dus onder dat oordeel vallen. We weten gelukkig, dat de dood voor ons een ingaan in de heerlijkheid betekent, maar de dood zelf is inderdaad een oordeel.

J. Ph. Buddingh